De patiënt (weer) in zijn kracht: Revalidatie op maat door zelf-monitoring van herstel bij een orthopedische aandoening

DossierRAAK.PUB03.033
StatusAfgerond
Startdatum1 maart 2017
Einddatum30 mei 2019
RegelingRAAK-publiek
Thema's
  • Gezondheid en Zorg
  • Life Sciences & Health

Bij veel (sport)blessures en orthopedische aandoeningen, zoals voorste kruisband (VKB-) rupturen en enkelfracturen, moeten patiënten na een operatieve ingreep een lang revalidatietraject ondergaan. Fysiotherapeuten, (mentale) coaches, inspanningsfysiologen en orthopedisch chirurgen constateren dat patiënten ondanks goede begeleiding veelal hun fysieke niveau van voor de blessure niet meer bereiken. Om kwalitatief betere zorg te kunnen bieden, willen deze professionals meer inzicht krijgen in het individuele herstel. Door een combinatie van lichamelijke en psychologische parameters intensief te monitoren, denken zij namelijk eerder de therapie aan te kunnen passen op (on)gewenste veranderingen in het beloop van herstel. De zorgprofessionals hebben echter onvoldoende tijd en mogelijkheden om patiënten intensief te monitoren. Bovendien denken zij het herstel verder te kunnen ondersteunen door patiënten zelf te laten meten omdat patiënten meer verantwoordelijkheid voor hun gezondheid nemen indien zij toegang krijgen tot hun eigen data. De zorgprofessionals vragen zich daarom af hoe zij een zelf-monitoringsysteem voor orthopedische patiënten kunnen inrichten, dat hen in staat stelt therapie op maat te geven gedurende het totale revalidatieproces (casus VKB-reconstructies).
Centrale onderzoeksvraag is: Welke kennis en vaardigheden hebben zorgprofessionals en patiënten na een VKB-reconstructie nodig om een zelf-monitoringsysteem slim toe te kunnen passen in de zorgpraktijk?
Deze onderzoeksvraag kent de volgende deelvragen:
A. Hoe moet een zelf-monitoringsysteem volgens zorgprofessionals, technici/ontwerpers en patiënten worden ingericht en gebruikers getraind om de patiënten na een VKB-reconstructie in staat te stellen een kernset van lichamelijke en psychologische parameters zelfstandig te verzamelen en te delen?
B. Hoe wordt het zelf-monitoringsysteem door zorgprofessionals en patiënten na een VKB-reconstructie in de praktijk gebruikt en hoe staat het gebruik in relatie tot herstel?
C. Wat zijn de ervaringen van zowel de zorgprofessionals als patiënten na een VKB-reconstructie met het zelf-monitoringsysteem en wat zijn de belemmerende en/of bevorderende factoren bij het gebruik van het zelf-monitoringsysteem voor het revalidatietraject?

Eindrapportage

Aanleiding
Veel (sport)blessures, zoals voorste kruisband (VKB-) rupturen, vereisen een lang revalidatietraject. Hierbij is het voor professionals en patiënten van belang inzicht te hebben in het herstelproces. Monitoring en zelfmonitoring door de patiënt verbeteren niet alleen het revalidatieproces maar vergroten ook de eigen regie van patiënten.
In dit onderzoek werd achterhaald welke kennis en vaardigheden zorgprofessionals en patiënten na een VKB-reconstructie nodig hebben om een slim zelf-monitoringssysteem toe te kunnen passen in de zorgpraktijk?
Doelstelling
Dit RAAK-project zocht een antwoord op de volgende drie vragen met volgende drie werkpakketten:
1. Hoe moet een zelf-monitoringsysteem worden ingericht om therapeuten en patiënten na een VKB-reconstructie in staat te stellen voortgang te monitoren?
2. Hoe wordt dit zelfmonitoringssysteem vervolgens in de praktijk gebruikt?
3. Wat zijn de ervaringen van zowel de zorgprofessionals als de patiënten met het zelf-monitoringsysteem en wat zijn de belemmerende en/of bevorderende factoren bij het gebruik?
Resultaten
1. Er is afstemming bereikt over het gebruik van de meetinstrumenten en de VKBmonitor. De potentie van het platform om inzicht te geven in de voortgang van de revalidatie werd onderkend.
2. Het systeem is door 52 patiënten in beperkte mate en door 18 professionals in zeer beperkte mate gebruikt om voortgang van revalidatie te monitoren.
3. Belangrijkste belemmerende factoren waren het uitvoeren van additionele handelingen die niet bij de routine van de therapeuten aansloot, aanvankelijk technische problemen en beperkte datavisualisatie.
4. In het project is nieuwe sensorfeedback ontwikkeld om beweeggedrag te monitoren.
5. Het gebruik van sensorfeedback werd door therapeuten en patiënten gewaardeerd en beide groepen hebben uitgebreide verbeteradviezen gegeven voor een te ontwikkelen vervolgversie.
6. Resultaten worden actief ingebed in het gezondheid en techniek onderwijs bij Zuyd Hogeschool.
Externe kennisverspreiding gebeurde via publicaties in (wetenschappelijke) tijdschriften en voor wetenschappelijke conferenties en presentaties op symposia en congressen (impressie project).