Houden van herpeten: Onzichtbaar welzijn bij herpeten in beeld brengen.

DossierKIEM.GROEN.02.009
StatusAfgerond
Subsidie€ 39.764
Startdatum1 oktober 2023
Einddatum3 maart 2025
RegelingKIEM 2021-2024 Groene practoraten
Thema's
  • Dier

Het is erg moeilijk om het welzijn van herpeten vast te stellen zonder invasieve handelingen, zoals corticosteron metingen in het bloed, te verrichten. Dit onderzoek richt zich op het gebruik van non-invasieve (observatie en ontlasting) methoden als valide indicaties van het welzijn van herpeten. Zo kunnen stesshormonen gemeten worden in ontlasting van herpeten (Scheun, Greeff, & Ganswindt, 2018) waardoor bloedonderzoek niet nodig is. Onderzoek heeft uitgewezen dat bij in het wild levende herpeten (roodwangschildpadden, Cash et al. 1997) al binnen een half uur het corticosteron gehalte in het bloed significant hoger is na een hanteersessie. Het is nog niet bekend hoelang het duurt voordat deze corticosteron in de ontlasting te vinden is. De focus van dit onderzoek ligt op de baardagame (Pogona vitticeps) als meest gehouden herpeet in gevangenschap.
Na validatie van de observeerbare stressindicatoren met metingen van stresshormonen in de ontlasting, zullen er dieren worden gehuisvest volgens verschillende richtlijnen; bijvoorbeeld van LICG, PvH, het Groot Handboek Terrariumkunde. Vervolgens wordt er gekeken of er een verschil is in de uitingen van stressindicatoren bij verschillende huisvestingsmethoden.
Met de metingen van stresshormonen kan tegelijkertijd de vraag beantwoord worden hoelang corticosteron in de ontlasting zichtbaar blijft.
De verwachte op te leveren producten zijn; observeerbare gedragsindicatoren voor het meten van welzijn bij de Baardagame, richtlijnen voor het bepalen van welzijn van de Baardagame door professionals zoals de RVO en bijgestelde huisvestingsrichtlijnen te gebruiken door de hobbyist.
Dit (praktijk)onderzoek is een samenwerking tussen drie Aeres mbo-locaties Dierverzorging, het practoraat Dierenwelzijn en -gezondheid, het lectoraat ‘Smart Animal Behaviour & Welfare Management’ van Hogeschool Van Hall Larenstein, een dierenartspraktijk en twee belangenverenigingen.
De onderzoeksvraag luidt; ‘Is er een correlatie tussen observeerbare stressindicatoren en de stresshormoon spiegel van de Baardagame’?

Eindrapportage

De emoYonele staat bij herpeten is moeilijk aan te tonen door, onder andere, de afwezigheid van
gezichtsuitdrukkingen en significanYe vocalisaYe. Desondanks zijn er wel bewijzen voor aanwezigheid
van emoYes bij dezen dieren, waar dus rekening mee gehouden moet worden in welzijnsevaluaYes
bij deze diergroep. Een methode om het welzijn te meten zou het gebruik van hormoontesten
kunnen zijn. Stressvolle situaYes zorgen voor verhoogde afgiTe van corYcosteron aan het bloed wat
weer uitgescheiden wordt in de ontlasYng en urine (of uraten) en daar dus meetbaar zou moeten zijn
zonder invasieve handelingen. Er zijn echter nog veel vragen over het testen van corYcosteron bij
herpeten welk in dit onderzoek beantwoord getracht te worden om toekomsYg onderzoek
makkelijker te maken en het welzijn van herpeten te verbeteren. Hiervoor is de volgende hoofdvraag
opgesteld: In hoeverre is er een correla3e tussen observeerbare stressindicatoren en de
stresshormoonspiegel van baardagamen (Pogona viDe deelvragen zijn als volgt:
- In hoeverre zijn bestaande ELISA-testkits voor het meten van stresshormonen bruikbaar voor
het meten van stress bij baardagamen?
- Zo ja, binnen welk bereik (cor3costeron gehalte) moet er gezocht worden in de ontlas3ng
van baardagamen?
- Zo ja, is er een aKraak3jd aan te tonen voor cor3costeron in ontlas3ng van
baardagamen?
- Zo ja, hoe verhouden gehaltes cor3costeron zich in uraten en ontlas3ng van
baardagamen?
- Welke uiterlijke signalen van baardagamen worden door bronnen genoemd als indicatoren
van stress?
- Zijn cor3costeronwaardes te koppelen aan geobserveerde stresssignalen van baardagamen?
Het onderzoek is uitgevoerd bij baardagamen (Pogona viobservaYes uitgevoerd en ontlasYng verzameld voor analyse met een CorYcosteron CompeYYve
ELISA kit. Bij de observaYes is gelet op vijf, door experts benoemde stresssignalen: Zwarte keel,
glaslopen, apathie, verstoppen en kopknikken. De observaYes en ontlasYngstesten zijn zoveel
mogelijk aan elkaar gekoppeld om een correlaYe te vinden. Hoewel er stresssignalen te zien waren
bij de observaYes, is de correlaYe met corYcosteronmeYngen niet makkelijk aan te tonen. Zo hebben
dieren met veel uiterlijke stresssignalen niet direct een hoger corYcosterongehalte in de ontlasYng.
Het stresssignaal ‘verstoppen’ is mogelijk niet geschikt als indicator van stress omdat een dier wat
veel verstopt, geen hogere gehaltes aan corYcosteron laat zien. Er is in dit onderzoek aangetoond dat
uraten (vaste urinekristallen) mogelijk ook bruikbaar zijn voor het testen van stresshormonen door
middel van ELISA test-kits, wat toekomsYg onderzoek minder arbeidsintensief kan maken. Ook lijken
de geobserveerde baardagamen een redelijk vast ritme in ontlasten te hebben waardoor er gerichte
observaYes mogelijk zijn bij vervolgonderzoek. Stresshormonen zijn zeer lokaal aanwezig in
ontlasYng, waardoor het aantonen van acute stress via deze methode moeilijk is. Het aantonen van,
veel schadelijkere, chronische stress lijkt wel uitvoerbaar. De ontdekte inzichten kunnen gebruikt
worden om niet invasieve meYngen van stresshormonen uit te voeren en daardoor meer inzicht te
krijgen in de stress die door herpeten ervaren wordt maar qua uiterlijk niet alYjd zichtbaar is.
Trefwoorden: Pogona vieceps, herpeten, welzijn, corYcosteron, stress, ontlasYng, feces, uraten

Contactinformatie

Aeres VMBO + MBO

R Smeets, contactpersoon

Consortiumpartners

bij aanvang project
  • Aeres VMBO + MBO
  • Sterkliniek Dierenartsen Emmen
  • Stichting Platform Verantwoord Huisdierenbezit
  • Van Hall Larenstein University of Applied Sciences

Netwerkleden

bij aanvang project
  • Samenwerkende Aquarium en Terrarium Organisaties