Klimaatneutraliteit in de kleine binnenvaart

DossierKIEM.LOG.03.008
StatusAfgerond
Startdatum1 september 2018
Einddatum31 mei 2019
RegelingKIEM 2018 KIEM-hbo Logistiek
Thema's
  • Logistiek
  • Duurzaam transport en intelligente logistiek

Schippers/kapitein-eigenaren van (kleine) schepen staan in de komende jaren voor belangrijke beslissingen die grote impact kunnen hebben op het verdienmodel waarmee zij werken. In 2050 moet de binnenvaartvloot klimaatneutraal varen terwijl in 2030 de reductie van de uitstoot van CO2, NOx en fijnstof al vrijwel gehalveerd moet zijn.
Veel kleine schepen varen nog met verouderde en dus vervuilende (diesel) motoren en om aan de strenge milieueisen te kunnen voldoen zullen deze motoren op korte en middellange termijn moeten worden vervangen. In deze situatie overwegen veel scheepseigenaren om een klimaatvriendelijke motor te laten inbouwen, die voldoet aan de huidige milieueisen. Er zijn echter nog andere alternatieven om hun schepen voort te stuwen. Elk alternatief brengt voordelen en nadelen met zich mee en elk alternatief kost geld.
Ook de beoogde vermindering van de uitstoot van CO2 , NOx en fijnstof is per alternatief verschillend. Kortom, een scheepseigenaar van een klein schip die overweegt zijn huidige motor te vervangen, verdwaalt in een woud van (on-) mogelijkheden en effecten op omzet, kosten en inkomen.
Het is voor de schippers/eigenaren van groot belang inzicht te krijgen in de verschillende investeringsopties én de daarbij behorende klimaat-effecten.
Om dit inzicht te verkrijgen wordt met vertegenwoordigers van stakeholders en direct betrokken bij dit probleem, een exploratief onderzoek uitgevoerd naar de effecten van elk alternatief op het gebied van techniek, voortstuwing, duurzaamheid, klimaatneutraliteit en de financiële gevolgen hiervan.
De resultaten van dit onderzoek zullen vervolgens worden verwerkt in een prototype van een mathematisch en rekenkundig model dat inzicht zal geven in de verschillende effecten van alle milieumaatregelen en eisen. Dit model zal aan de praktijk worden getoetst en bijgesteld en dient vervolgens als basis voor de ontwikkeling van een applicatie (app) die bij raadpleging schippers/ eigenaren ondersteunt bij het opstellen van een weloverwogen en onderbouwde investeringsstrategie.

Contactinformatie

Hogeschool Inholland

Luc Salemans, contactpersoon

Consortiumpartners

bij aanvang project
  • Booij Tankscheepbaart B.V.
  • Contargo Waterway Logistics B.V.
  • Coöperatieve Binnenvaart Kredietunie Nederland U.A.(Koningklijke BLN - Schuttevaer)
  • Firma Diepeveen
  • Peterson Rotterdam B.V.
  • Stichting Projecten Binnenvaart
  • Vereniging Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart