Monitoring eten en drinken in het ziekenhuis
Dossier | RAAK.PUB09.045 |
---|---|
Status | Lopend |
Subsidie | € 286.632 |
Startdatum | 1 mei 2022 |
Einddatum | 31 januari 2025 |
Regeling | RAAK-publiek |
Thema's |
|
Een verstoorde vochtbalans en ondervoeding zijn veel voorkomende problemen bij patiënten in ziekenhuizen en behoren al jaren tot één van de belangrijkste uitdagingen in de dagelijkse zorgpraktijk. Een verstoorde vochtbalans zoals uitdroging of overhydratie heeft directe consequenties op het lichamelijk functioneren. De gevolgen van ondervoeding zijn in een veelheid van wetenschappelijk onderzoek beschreven: ondervoeding kan leiden tot vertraagde wondgenezing, verhoogde postoperatieve morbiditeit, verlengde ligduur en vroegtijdig overlijden. Tijdige behandeling van (dreigende) ondervoeding en klachten zoals kauw- en slikproblemen (dysfagie) leidt tot verbetering van voedings- en vochtinname, stabilisatie dan wel toename van het gewicht en spiermassa en een verbetering van kwaliteit van leven (fysiek, emotioneel en mentaal) in het ziekenhuis.
In de praktijk blijkt dat de monitoring van de vocht- en voedingsinname voornamelijk een taak is die zorgprofessionals handmatig uitvoeren. Uit onderzoek onder zorgprofessionals in het Máxima MC blijkt dat deze monitoring middels vocht- en voedingslijsten arbeidsintensief, omslachtig, foutgevoelig en complex is. De lijsten worden slecht bijgehouden en raken soms kwijt, waardoor nadelige gevolgen voor de patiënt ontstaan. Tevens hebben patiënten en familieleden nauwelijks tot geen rol in de huidige werkwijze van de monitoring. Betrokkenheid van patiënten en hun naasten door monitoring in te passen in het eigen leven kan helpen om bewustwording te creëren over het belang van een goede voedings-en vochtinname. De wijze waarop monitoring plaatsvindt, vraagt om een persoonsgerichte benadering van monitoring waarin zorg-, leer- en werkomgevingen en structuren voortdurend samen worden vormgegeven zodanig dat eigen regie en waardigheid van alle betrokkenen worden gerealiseerd.
Het doel van dit project is de bijdrage te onderzoeken van innovaties aan persoonsgerichte monitoring van voeding en vocht.
Dit doel willen we bereiken door het opzetten van praktijkgericht onderzoek, samen met de patiënt, diens omgeving en de betrokken zorgprofessionals (i.o), in Zorg Innovatie Centra (ZIC) in de Brainport regio waaronder het Maxima MC.
Eindrapportage
Het risico op ondervoeding en uitdroging bij kwetsbare groepen, zoals ouderen, opgenomen in
een ziekenhuis, is groot. Het monitoren (registreren, interpreteren en bijstellen) van voeding en
vochtinname is essentieel voor het bevorderen van herstel en het voorkomen van complicaties en
heropname in het ziekenhuis. In dit project is onderzocht welke technologische- en proces
innovaties kunnen bijdragen aan het verbeteren van de monitoring van de voedings- en
vochtinname door zorgzorgprofessionals, patiënten en hun naasten. Subdoelen richtten zich op
het versterken van de eigen regie onder patiënten en naasten en (interdisciplinaire)
samenwerking bij monitoring.
Uit het onderzoek, onder patiënten binnen drie professionele werkplaatsen van Máxima Medisch
Centrum (MMC) bleek dat de meeste respondenten zich in staat voelen zelf hun voeding en
vochtinname te monitoren. Bijna de helft wil een actieve rol spelen via zelfmonitoring.
Respondenten met hogere gezondheidsvaardigheden waren meer geneigd om actief te
monitoren. De meerderheid van de respondenten gebruikt eenvoudige digitale functies.
Uit onderzoek naar opvattingen van de betrokken zorgprofessionals kwam naar voren dat ze
zelfmanagement belangrijk vinden. Wel bleek meer aandacht nodig voor kennis en vaardigheden
hoe zelfmonitoring te stimuleren. Ook is een heldere rolverdeling wenselijk tussen betrokkenen
professionals (verpleegkundigen, voedingsassistenten en paramedici) en patiënten. Geadviseerd
wordt patiënten en hun naasten actief te betrekken bij het beslissingsproces, waarbij
mogelijkheden voor eigen regie worden verkend.
Via design thinking is, samen met betrokken professionals, een procesinnovatie ontwikkeld,
inclusief technologische innovaties en business case, ter ondersteuning van de eigen regie van
de patiënt met een duidelijke rolbeschrijving van verschillende professionals.
Tenslotte is een lespakket ontwikkeld voor professionals (i.o.) om bewustwording te stimuleren
over het belang van voeding en vochtmonitoring en hen kennis te laten maken met diverse
(innovatieve) hulpmiddelen. Hiervoor is een instrument ontwikkeld op basis van een programma
van eisen om innovaties te kunnen beoordelen.
Contactinformatie
Fontys Hogeschool
Consortiumpartners
bij aanvang project- Eindhoven University of Technology (TU/E)
- Erik Janssen Consultancy
- HAN University of Applied Sciences
- Hanzehogeschool Groningen
- Stichting Máxima Medisch Centrum
- Stichting ROC Summa College