Platform Inzet van Technologie voor Gezondheid en Welzijn

DossierPLTFM.01.023
StatusAfgerond
Startdatum1 september 2017
Einddatum10 november 2021
RegelingPlatformregeling
Thema's
  • Life Sciences & Health
  • Gezondheid en Welzijn

Een zestal lectoren richt het Platform Inzet van Technologie voor Gezondheid en Welzijn op. Het overkoepelende doel van dit platform is doorontwikkeling, adoptatie en duurzame implementatie van reeds ontwikkelde technologie voor (gezondheids)zorg en welzijn. De zorgconsument wordt gezien als belangrijkste gebruiker van eHealth-technologie. Hun wensen staan daarom voorop. Daarnaast spelen huidige en toekomstige zorgprofessionals een belangrijke rol in het behalen van het overkoepelende doel evenals (private) ontwikkelaars van eHealth.
Het platform heeft subdoelen geformuleerd op drie gebieden, te weten kennis & onderzoek, onderwijs & praktijk en visievorming & zichtbaarheid. Deze zijn eveneens gericht op de zorgconsument (bijvoorbeeld als het gaat om het verhogen van eigen regie en zelfmanagement), gericht op zorgprofessionals (bijvoorbeeld als het gaat om kwaliteit, doelmatigheid en continuïteit van zorg) en op andere stakeholders zoals bedrijven die technologieën ontwikkelen en willen opschalen.
Het platform kent een open karakter. Dit uit zich onder meer in het feit dat uitbreiding van het platform vast agendapunt van de stuurgroep van het platform is, in het actief uitnodigen van relevante stakeholders op diverse bijeenkomsten (zoals inspiratiesessies en symposia) en in het vrij beschikbaar stellen van producten van het platform (zoals een publicatie met best practices and good failures en diverse 'white papers').
Het platform legt nadruk op het delen van kennis over technologie voor gezondheid en welzijn en op afstemming van onderzoekagenda's en ontwikkelingen met collega-platforms en -netwerken. Daarnaast ligt de nadruk op co-creatie met gebruikers van de technologie én op samenwerking met een diversiteit aan partners, waaronder, naast de genoemde zorgconsumenten en hun vertegenwoordigers, kennisinstellingen en private partners.
Het eerste jaar wordt gezien als opbouwfase. Hierin wordt het netwerk versterkt, de visie en de plannen aangescherpt en gestart met financiering zoeken voor concrete activiteiten. In de loop van de tijd verschuift de nadruk naar samenwerking in (onderzoeks)projecten. Hiermee zorgt het platform niet alleen voor financiële middelen maar ook voor draagkracht en verbinding tussen partijen voor toekomstige samenwerking.

Eindrapportage

Resultaten Plan van Aanpak
Voorafgaand aan de resultaten per criterium leggen we het plan van aanpak van PIT naast de gerealiseerde uitvoering.
Een overzicht is te vinden in de aanvraag. Toelichting vindt deels onder deze kop en deels onder ‘resultaten per
criterium’ plaats.
In het eerste jaar (2017 en 2018) van PIT stonden zes stuurgroep-overleggen gepland. Deze hebben allen doorgang
gevonden, regelmatig in combinatie met een overleg LPGW. Eind 2018 heeft de stuurgroep bij de startbijeenkomst en in
andere overleggen geïnventariseerd welke subsidiestrategie voor PIT gevolgd moest worden. Gekozen is om te
focussen op het thema ‘Extramuraliseren’. Vanwege onduidelijkheid over de aanvraag bij SIA is dit niet in jaar 1 tot een
aanvraag gekomen. Het geplande eerste symposium was in november 2017 en is door een groep van circa 25 leden
bezocht.
De inspiratiesessie voor deze periode zijn doorgeschoven naar jaar 2. De stuurgroep heeft een eerste call ingediend op
het gebied van extramuralisering en toegekend gekregen in juni 2018: Hartzorg op Afstand.
Ook in het tweede jaar van PIT zijn diverse stuurgroep-overleggen geweest, wederom regelmatig gecombineerd met
overleg van voorzitters van de LPGW-platforms. Een gezamenlijke website werd in april 2018 opgeleverd en daarna
verder gevuld. Het tweede symposium vond plaats in juni 2018. Vanwege gewijzigde koers in jaar 2 aangaande
inspiratiesessie hebben stuurgroep-leden actief bijgedragen aan evenementen in het voorjaar van 2019. Dit betrof
Health by Tech, Health Valley en ICT Open. Daarnaast hebben stuurgroep-leden bijgedragen aan Medmij en de
uitvoering van het project Hartzorg op Afstand. Deze wijziging zorgde voor verschuiving van kosten, van materieel naar
loonkosten door inzet van stuurgroep-leden. Om extra activiteiten te kunnen uitvoeren heeft PIT een verlenging van de
projectperiode aangevraagd (en gekregen tot en met februari 2020). In deze periode zijn de volgende resultaten
geboekt: verder invulling geven aan de samenwerking om tot innovatiewerkplaatsen te komen waarbinnen projecten
vanuit de bij het netwetwerk aangesloten hogescholen in een breder kader gedeeld kunnen worden. Het betreft een
verdere articulatie van een projectvoorstel onder de titel: ‘extramuraliseren’. Hiertoe zijn aanvullende
netwerkbijeenkomsten en SKYPE-overleggen georganiseerd.
Resultaten per criterium
1. Open netwerk
PIT heeft zich gedurende de platformregeling opengesteld voor samenwerkingspartners en hier actief naar gezocht.
Samenwerking concentreerde zich enerzijds op lectoren rondom de stuurgroep-leden en anderzijds op lectoren van de
twee andere platforms, verenigd in het lectorenplatform Gezondheid en Welzijn (kortweg LPGW). Samenwerking met
andere lectoren kreeg veelal vorm in concrete projecten, zoals het project Hartzorg op Afstand. Samenwerking met de
andere platforms vond plaats in de voorbereidingen voor (een subsidieaanvraag rondom) ‘Extramuralisering’, bij vorming
van secretariaat (nb niet gerealiseerd) en informatie aan elkaars leden aangaande activiteiten van de LPGW-platforms.
Voor het laatste is een gezamenlijke website gerealiseerd welke toegankelijk is voor alle geïnteresseerden.
2. Thematisch programmeren en valideren
PIT is gedurende deze platformregeling actief geweest op het thema ‘Extramuraliseren’. Hiertoe is het project Hartzorg
op Afstand gestart en gewerkt aan twee gezamenlijke subsidieaanvragen op dit thema: Goede Praktijkvoorbeelden
(ZonMw) en aangekondigde call van SIA met betrekking tot extramuralisering.
Ander belangrijk thema is eHealth. PIT heeft hiertoe twee lectoren afgevaardigd in het eHealth-netwerk Noord
Nederland. Gestart is met intensieve samenwerking met circa zes GGZ-instanties. Hier wordt net als in het project
extramuralisering de koppeling met de praktijk zichtbaar.
Er is in de evaluatie van dit project gekeken naar de vooraf opgestelde doelstellingen en de wijze waarop
deze geoperationaliseerd zijn in de verschillende projecten. De gebruikte instrumenten en bijbehorende
projectonderdelen zijn passend geweest om deze doelen te behalen. Er is hierbij ook gekeken op welke wijze de
projectuitkomsten gevaloriseerd kunnen worden binnen een bredere doelgroep. Hierover is in de stuurgroep een
onderzoeksagenda opgemaakt. Deze agenda is bij de stuurgroep-evaluatie van dit project vastgesteld en heeft
inmiddels geleid tot een projectplan met een onderzoeksparagraaf dat in verregaande ontwikkeling is en uitgevoerd zal
worden binnen een afvaardiging van het huidige PIT I netwerk van lectoren. De inhoud van een vervolgaanvraag (PIT II)
zal kunnen bijdragen aan de verdere uitvoering en implementatie.
3. Organiserend vermogen
Vanuit de stuurgroep Platform PIT zijn bijeenkomsten georganiseerd die ertoe hebben geleid dat er in onderlinge
afstemming een goede basis ligt voor verdere samenwerking in de komende jaren op het thema extramuraliseren. Het
projectvoorstel onder de titel: IFACT is daar een voorbeeld van.
De stuurgroep kan gezien worden als een groep die ondermeer voorwaarden heeft georganiseerd om tot de inhoud te
komen. Dit proces is nog gaande.
Formulier Eindrapportage Platformregeling
Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek SIA Pagina 4 van 5
Algemeen
Lessons learned voor het platform en de regeling in het algemeen
Een belangrijke les uit het eerste jaar van PIT is dat het organiseren van eigen activiteiten lastig te plannen is gezien de
vele activiteiten die diverse stakeholders al plannen op het snijvlak ICT en zorg. Daarom is in het tweede jaar besloten
aan te sluiten bij bestaande terugkerende activiteiten zoals Health Valley, eHealth week en dergelijke. Nadeel hiervan is
dat de eigen leden niet als selecte groep bereikt worden en zich ook minder betrokken voelen bij PIT. Om zichtbaarheid
en betrokkenheid te vergroten wil PIT in het vervolg (de nieuwe aanvraag) leden concreter betrekken bij verschillende
werkgroepen.
Het platform PIT is meerdere malen bijeengeweest, met en zonder de SIA-organisatie en de topsector. De leden van de
stuurgroep hebben veel tijd en energie gestoken in de ontwikkeling van een sterk netwerk van lectoren en om zich als
zodanig te profileren door zich te richten op concrete subsidiekansen die geboden werden, maar die in tweede instantie
door SIA ingetrokken zijn. Dit heeft de samenwerking niet verder gemotiveerd. De samenwerking en inhoudelijke
verkenning met de andere platforms, waaronder het platform Zelfmanagement, heeft hierdoor extra tijd en energie
gevraagd.
Regieorgaan SIA zou ondersteunend kunnen zijn door concrete (indienings)mogelijkheden aan de platforms te
bieden opdat zij op inhoudelijke basis hun netwerk kunnen versterken. Het project extramuraliseren zou daar
een voorbeeld van kunnen zijn.
De toekomst van PIT zal, gezien bovenstaande lessen, meer gericht worden op een aantal inhoudelijk relevante
thema’s waarbinnen een onderzoeksagenda opgesteld kan worden, de samenwerking met andere lectoren gezocht
wordt en kennisdeling- en andere activiteiten georganiseerd worden. Mede op basis van de uitgevoerde activiteiten in de
afgelopen jaren, de input van platformleden en de huidige ontwikkelingen, dienen deze thema’s zich duidelijk aan. Deze
worden daarnaast afgestemd met het nieuwe platform PRIO (Praktijkgericht ICT Onderzoek).
SIA kan behulpzaam zijn door concrete mogelijkheden te bieden waar de platformregeling op kan aansluiten, zodat een
netwerk niet bestaat om het netwerk alleen, maar opdat lectoren in een landelijk samenwerkingsverband inhoudelijk
aan geprioriteerde innovaties kunnen werken en hun maatschappelijke relevantie kunnen bewijzen.
Het projectplan Extramuraliseren (IFACT) voorziet daarin. Het idee hierachter is om vanuit innovatiewerkplaatsen,
landelijk in gezamenlijkheid vanuit lectoraten en met de werkvelden (praktijk) te werken. Dit opdat een project niet enkel
regionaal zijn beslag krijgt, maar opgeschaald, gevalideerd en gevaloriseerd kan worden en vanuit een breder kader
ondersteund en gemonitord kan worden. Deze opschalingskans, samenwerkingsmogelijkheid heeft financiële
ondersteuning nodig (en werd de platforms eerder ook voorgehouden, maar is niet geeffectueerd).
Om echt innovatief te kunnen zijn zou het ook helpend zijn om lectoren met een bepaalde vrijheid invulling te laten
geven in de wijze waarop zij de innovatiewerkplaatsen vullen. Dit moet een synergetisch proces zijn, waar lectoren
direct en indirect ervaren dat samenwerken loont en dat zij in deze samenwerking inhoudelijk aanvullend aan elkaar
zijn; samen sterk. De investering in het netwerk op zichzelf alleen, of in het ondersteunen van conferentiemogelijkheden
is op een gegeven moment een gepasseerd station. De maatschappelijke waarde zit in het efficiënt en effectief
professioneel ondersteunen van (kwetsbare) burgers in een samenwerking met deze burgers.

Contactinformatie

Netwerkleden