Risicobeheersing van bodemdaling in stedelijke gebieden met slappe bodems

DossierKIEM.HTS01.032
StatusAfgerond
Startdatum1 september 2018
Einddatum31 augustus 2019
RegelingKIEM 2016-2017 Topsectoren
Thema's
  • High Tech Systemen en Materialen (HTSM)
  • Sleuteltechnologieën en duurzame materialen

Bodemdaling in gebieden met een slappe bodem (vooral veen-, maar ook kleigebieden) heeft grote economische en maatschappelijke gevolgen. De gebieden,
waar slappe bodems voorkomen,
zijn in figuur 1 weergegeven.
Gemeenten, provincies, waterschappen en Rijkswaterstaat proberen inzicht te verwerven in de gevolgen van bodemdaling om maatregelen hierop te kunnen baseren. Zowel hun kennis, ervaring en data over bodemdaling als die van advies-
en ingenieursbureaus zijn versnipperd.
Alle partijen voelen de behoefte voor de risicobeheersing van bodemdaling de huidige kennis, ervaring en data aangaande bodemdaling in stedelijke gebieden met slappe bodems te bundelen,
te beheren en uit te wisselen. Tevens zijn zij op zoek naar nieuwe, innovatieve oplossingen.
Het te subsidiëren project betreft een voorstudie naar een digitale, slimme oplossing om de bundeling, het beheer en de uitwisseling van kennis, ervaring en data op het gebied van bodemdaling in stedelijk gebied met slappe bodems vorm te geven. In dit project wordt beoogd om (i) een eerste inventarisatie van de aanwezige technische kennis, ervaring en data over bodemdaling in stedelijke gebieden uit te voeren en deze (ii) in een voor de boven genoemde partijen eenvoudig toegankelijke, in het kader van het project te ontwikkelen digitale omgeving te plaatsen.
De beoogde oplossing in de vorm van een digitale omgeving is bedoeld voor zowel advies- en ingenieursbureaus, als voor gemeentes, provincies, waterschappen en Rijkswaterstaat. Deze digitale omgeving moet de bestaande kennis en ervaring eenvoudig kunnen presenteren en eenvoudige analyses kunnen uitvoeren (bijv. voorspellingen van te verwachten bodemdaling op basis van beschikbare data). Het ontwerp van de digitale omgeving is bedoeld om de werkbaarheid ervan bij de betrokken partijen te testen en een vervolgonderzoek te definiëren.
Naast de inzet van de onderzoekers, die uit het project worden gefinancierd, worden studenten ingezet om verschillende deelactiviteiten uit te voeren.

Contactinformatie

Consortiumpartners

bij aanvang project